Op vakantie kom je vaak een helling of bergweg tegen en dat vraagt om een andere manier van rijden. Bekijk de video en lees de tips om soepel bergop en af te gaan en hoe je voorkomt dat je strandt met een oververhitte motor, kapotte koppeling of schroeiende remmen.

Tips voor berg op

80 in z’n vijf is heel zuinig in het vlakke Nederland met een lege auto, maar in de bergen moet je toeren draaien. Vergeet het nieuwe rijden en laat de auto niet in een te hoge versnelling, dus bij een laag toerental, de berg op zwoegen. De motor wordt dan te zwaar belast en kan oververhit raken. Een goede vuistregel: als je het gas intrapt, moet de auto nog kunnen versnellen. Rijd je vol gas en de auto versnelt niet of vertraagt zelfs? Schakel dan terug.

Probeer ook de koppeling te ontzien bij optrekken vanuit stilstand op een helling. Zorg voor een zo kort mogelijk ‘slipmoment’, want een slippende koppeling is de oorzaak van slijtage, warmteontwikkeling en in het ergste geval een verbrande koppelingsplaat. Sta je in de file op een helling? Probeer het schakelen te beperken door de afstand op je voorligger iets groter te laten worden en het gat in één keer te overbruggen. Of gebruik de ruimte zodat je zoveel mogelijk in de versnelling kan doorrollen. Houd je voet hierbij van de koppeling.

Automaat

Rijd je automaat? Kies dan, zowel berg op en af, voor één van de speciale bergversnellingen, meestal aangeduid met 1, 2 of 3. In D (Drive) schakelt de auto bergop te snel door en remt hij bergaf niet op de motor.

Tips voor berg af

Rijd berg af in dezelfde versnelling als omhoog. Zo remt de auto op de motor en dat voorkomt schade aan de remmen. Wie in een te hoge versnelling berg af gaat moet continu op de rem trappen. Hierdoor gaan de remmen stinken, worden ze roodgloeiend en kunnen ze hun remkracht verliezen. Hier geldt de vuistregel: als je je voet van het gas haalt, moet de auto vaart minderen. Ga je nog steeds te hard, schakel dan terug.

Als je veel moet bijremmen, probeer de rem dan niet continu ingedrukt te houden. Het is beter om even hard te remmen, bijvoorbeeld voor een bocht, zodat de remmen erna kunnen afkoelen. Rijd ook nooit in z’n vrij bergaf, je bent dan een ongeremd projectiel en dat kan gevaarlijk zijn. Als je remt op de motor is het verleidelijk om de koppeling in te trappen om sneller te gaan. Doe dit niet, dit kan schade aan je auto brengen en het is gevaarlijk.

 Wat te doen bij:

Warme motor

Let op de temperatuurmeter. Loopt de motor warm? Schakel dan terug en draai meer toeren zodat de waterpomp en ventilator sneller gaan draaien. Zet ook de airco uit zodat de motor meer van de koeling kan gebruiken. Je kan eventueel de kachel en blower vol aan zetten om overtollige warmte af te voeren. Loopt de auto nu nóg warm? Dan stoppen en laten afkoelen.

Tegenliggers

Stijgend verkeer heeft op een smal bergweggetje meestal voorrang op dalend verkeer, want het kan lastiger weer op gang komen als het stilvalt. Is de situatie erg ingewikkeld? Dan moet degene die het makkelijkst kan uitwijken dat doen.

Inhalen

Langzaam verkeer geeft vaak met het knipperlicht naar rechts aan dat de weg vrij is en dat je kan inhalen. Andersom: hangt er een hele sliert (snellere) auto’s achter je, stop dan even op een uitwijkplaats. Je rijdt daarna relaxter verder.

Bij het inhalen van een fietser moet je in de bergen richting aangeven. Ga ruim om de fietser heen, want een klimmende fietser wil nog wel eens slingeren.

Parkeren

Vertrouw bij steil parkeren niet alleen op de handrem. Zet de auto ook in de eerste versnelling of beter nog, in de achteruit. Een steen achter de wielen helpt ook. Draai met het stuur de voorwielen zodanig, dat als de auto toch zou gaan rollen, hij tegen een obstakel tot stilstand komt.

Rijden met de caravan

Voor rijden met een caravan in de bergen gelden dezelfde regels, toeren draaien is nog meer van belang omdat de auto zwaarder beladen is. Houd de motor goed op toeren om oververhitting te voorkomen. Check de temperatuurmeter van de motor dan ook regelmatig.

Tunnels

Veel bergwegen hebben vaak korte en onverlichte tunnels. Doe het dimlicht aan en rijd rustig, de overgang van felle zon naar de donkere tunnel is groot. Schrik niet: in veel bergtunnels druipt er water van het plafond.

Vallend gesteente

Zie je op de weg langs een bergwand gesteente liggen? Dan is de kans groot dat er nog meer gaat vallen op die plek. Rijd er ruim om heen en stop niet.